Het boek Exodus

Mozes

Hoe dikwijls gaan wij niet terug naar de geboorte of naar de kindertijd om het succes van mensen te verklaren. ‘Als kind deed hij dit en dat al.’ ‘Van in de wieg was het al een bijzonder kind.’ Wanneer dan zo’n kind naam maakt en tot de grotere personen van deze aarde gaat behoren dan zwellen die verhalen achteraf nog aan. Meer en meer wordt er over de persoon opgediept vanuit hoe het allemaal begonnen is. Soms speelt het verlangen om een juist en gevat beeld van de persoon op te willen roepen een grotere rol dan de nauwkeurige feiten. Toch is er altijd wel verankering in de feiten. Ook vertelt men geen leugens. Men zoekt daarentegen naar wegen om de ‘waarheid’ over die persoon goed weer te geven. Vaak ontstaan deze verteltradities rond het geboortehuis. Men laat iets zien en men vertelt een verhaal.

In de Bijbel zijn rond de ‘kernpersonen’ verhalen rond de wonderbaarlijke geboorte. Johannes en Jezus zijn de bekendsten, maar ook over het levensbegin van Mozes zijn in het begin van het boek Exodus de overbekende en mooie verhalen te vinden.

Het boek Exodus begint op het moment dat Jozef in Egypte vergeten was. De welwillendheid van de begintijd voor de zonen van Jacob was omgeslagen in vijandigheid. De Israëlieten ervoer men als vreemdelingen die door veel kinderen te krijgen Egypte gingen overheersen. Een gevaarlijke groep. Vandaar de maatregel, van Farao, jongetjes die het levenslicht zagen dat leven niet te gunnen. De vroedvrouwen moesten hen doden.

De moeder van Mozes legde het kind in een rieten mandje tussen het riet aan de oever van de Nijl. De zus van Mozes kreeg de opdracht te volgen wat er zou gebeuren. De dochter van Farao kwam daar om te baden en zij vond het kind. Ze was opgetogen en nam het als haar kind aan. Toen trad deze zus van Mozes naar voren en bood aan een voedster te zoeken. Mozes bleef bij zijn moeder totdat hij groot genoeg was om hem naar het hof van Farao te brengen. Hij groeide op in een door en door Egyptisch klimaat, maar hij vergat zijn oorsprong niet.

Mooi is dat het woord ‘mandje’ uit het verhaal, in de grondtekst hetzelfde woord is als dat in het verhaal van Noach de ‘ark’ aanduidt. God redt uit het water de personen die zijn plannen doorzetten.

Bisschop Antoon Hurkmans

Rector van de Friezenkerk in Rome

ahurkmans@bisdomdenbosch.nl